top of page
S.

Schaamte als rem

Bijgewerkt op: 25 feb 2021

Schaamte zorgt ervoor dat we niet doen wat belangrijk is voor ons, dat we zwijgen terwijl we willen spreken, dat we over grenzen gaan, dat we ons anders presenteren. Schaamte kan een rem zijn om te groeien. Net die schaamte overwinnen weer een stap vooruit.


Dankbaar

Als therapeut motiveer ik de mensen die ik begeleid om zich niet te laten leiden door schaamte en onzekerheid. Ik probeer hen met mildheid te laten kijken naar hun kwetsbaarheid.

Lijkt simpel. Is het niet.

Ik ben dankbaar, hoe ik, dit alles wetende als therapeut, ook zelf deze hardnekkige schaamte heb mogen ervaren. Hierdoor zal ik de laatste zijn om te zeggen dat het makkelijk is, zal ik de eerste zijn om begrip te tonen voor de uitdagingen die reëel zijn. Tegelijk zal ik niet loslaten om te blijven gaan voor het overwinnen ervan, omdat ik ook heb mogen ervaren hoe waardevol en bevrijdend dat kan zijn.


Schaamte, eeuwige bondgenoot van onze angst voor oordeel. We horen het graag, dat het taboe op psychische problemen en kwetsbaarheid stilaan verdwijnt. De praktijk leerde me de voorbije jaren helaas iets anders. Er is beweging, maar ook nog steeds veel werk.


Ik denk dus ik schaam Ik herstelde zelf van een eetstoornis. Niet op 1-2-3, en niet zonder vallen en weer opstaan. Maar het moeilijkste was misschien wel het feit dat het nog jaren duurde vooraleer ik erin slaagde de schaamte hierover te overwinnen. Je zou denken, als er één plaats is waar er over psychische kwetsbaarheid geen taboe heerst, is het toch wel onder psychologen. Helaas. Vooroordelen zijn er overal. We zijn allemaal mensen.

Geloof me, het voelt nogal verwrongen:

Enerzijds voorvechter willen zijn in het doorbreken van het taboe op psychische problemen, anderzijds de lippen stijf willen houden door schaamte, angst en onzekerheid over eigen kwetsbaarheden.


– Een psycholoog die zelf te maken kreeg met een psychisch probleem, is die wel in staat zijn job te doen? – Deel ik dit best wel of beter toch maar niet tijdens een sollicitatiegesprek? – Vinden cliënten me een incompetente therapeut wanneer ze dit weten? Zullen andere hulpverleners nog wel cliënten verwijzen? – Gaan mensen wel geloven dat ik hersteld ben? – Gaan ze nu focussen op mijn eetgedrag, op hoe ik eruitzie, en daarover oordelen? – Gaan ze me enkel nog zien als ‘het probleem’? – Kan ik wel mensen begeleiden die worstelen met soortgelijke problemen? – Zijn het niet net mijn blinde vlekken die me overtuigen dat ik hiervoor wél de competenties heb? – Kan ik wel genoeg afstand nemen? – Voldoende objectief zijn? – Kan ik nog wel een goede hulpverlener zijn? …

Hierboven alvast een greep uit het onuitputtelijke aanbod aan vragen en onzekerheden geproduceerd door mijn grijze massa. Eén voor één prachtexemplaren die gracieus hielpen de schaamte in stand te houden.

Het zou uiteraard in mijn nadeel pleiten, moest ik me deze vragen niet stellen. Zelfreflectie binnen ons beroep: essentieel.

Even essentieel: Het goede voorbeeld geven. Hoe kunnen we verwachten van cliënten dat ze hun kwetsbaarheid tonen, als we onszelf groot en sterk willen houden?


Bekentenissen Ik verbaas me nog steeds wanneer ik bij collega’s, vrienden, familie eigen kwetsbaarheden deel. Steeds opnieuw leidt dit tot onverwachte, voorzichtige, en vaak zeer herkenbare ‘bekentenissen’ van de ander. Ik zeg bekentenissen, want zo voelt het. Alsof die ander opgelucht is. Opgelucht, dat er eindelijk ruimte is om deze ‘schaamtelijke’ kant te mogen en kunnen opbiechten. Maar waar schamen we ons toch voor? Hoe komt het toch, dat pas wanneer je zelf toegeeft bang te zijn, je hoort dat de ander zich ook wel eens angstig voelt; dat pas wanneer je vertelt dat het jou even te veel is, de ander toegeeft ook wel eens een potje te janken in zijn zetel; dat de ander pas durft spreken over zijn bezoek aan de psycholoog, nadat je zelf aangeeft hoezeer het jou geholpen heeft. We worstelen allen met gelijkaardige, menselijke thema’s en uitdagingen. We slagen er vreemd genoeg in om ze voor onszelf te categoriseren als abnormaal en schaamtelijk.

Daarom zie ik het als een taak, als psycholoog, als ijveraar voor het doorbreken van het taboe op geestelijke gezondheid, als mens, om niet enkel de mensen die ik begeleid te motiveren, maar om alvast zelf de moed te hebben om (ondanks de persoonlijke lijst aan vragen en onzekerheden), te durven, te delen, op die momenten dat het er toe doet. Om te normaliseren. Want iedereen worstelt, elk op een eigen manier, soms meer, soms minder. Ik wil er voor strijden dat schaamte niet hetgene is dat ons tegenhoudt om vérder te gaan.


En als we ons dan toch graag willen schamen, moeten we dat misschien doen voor het feit dat we er nog steeds niet in geslaagd zijn om het taboe te doorbreken. Dat het ons, ondanks heel wat verdienstelijke pogingen, nog steeds maar moeizaam lukt om eindelijk eens gewoon normaal te doen over psychische problemen.


S.

Recente blogposts

Alles weergeven

Vrede op aard

Vrede op aard is een mooi idee met een mond vol kroketten vernietigen we nog een kalkoen op ons zevende kerstdiner We willen liefde,...

Circus

Ik stapte uit het circus, keek er vanop afstand naar, nu wil ik graag weer binnen, want ook buiten is het raar. Maar welke kunstjes doe...

Hard- of zachtgekookt?

Soms ben ik een kwetsbaar ei, oeverloos begripvol en geduldig, voel ik compassie, voel ik pijn, voel ik veel, voel ik mezelf, en voel ik...

Comments


bottom of page